Zoeken

Beton CO2-voetafdruk verkleinen door juiste keuze van elektromotor.

Het SCS keurmerk.

Het keurmerk CSC garandeert de duurzame productie van beton.

Het certificaat geeft inzicht in de mate waarin bedrijven op een ecologische, sociale en economisch verantwoorde manier werken.

 

Wat betekent de CSC Certificering?

CSC staat voor Concrete Sustainability Council en is een wereldwijd certificatiesysteem bedoelt om betonproducenten en klanten inzicht te geven in de wijze waarop de bedrijven milieuvriendelijk, maatschappelijk en economisch verantwoord presteren.

 

Beoordeling op vier aspecten.

Bij de certificering worden de fabrieken beoordeeld op hun prestaties op vier aspecten: Beheer, Milieu, Sociaal en Economisch. Tezamen geven die een beeld in hoeverre bedrijven zich inspannen om de CO2 voetafdruk van beton terug te dringen.

 

Inzicht en kostenbesparing.

Door aan de slag te gaan met het reduceren van de CO2 uitstoot, zal een organisatie maatregelen moeten treffen die er ook voor zorgen dat het energieverbruik omlaag gaat. Wat resulteert in minder CO2 uitstoot, en dus lagere energiekosten!

 

Energie besparen en CO2-voetafdruk verkleinen door juiste keuze van een aandrijving.

Het rendement bij elektromotoren geeft de efficiency aan bij de omzetting van elektrische naar mechanische (roterende)energie.

Tot 2005 werden elektromotoren gemaakt en verkocht op basis van een vrijwillige,

door de Europese commissie ingedeelde,  efficiency klasse.

In 2005 trad het protocol van Kyoto in werking: vermindering van de uitstoot van CO2.

De nieuwe internationale norm, IEC 60034-30, beschrijft het vast stellen van het rendement bij draaistroom elektromotoren van

  • 0,75 tot 375 kW,
  • 50 / 60 Hz.,
  • 2, 4 en 6 polig (3000 rpm, 1500 rpm, 1000 rpm)
  • Voedingsspanning tot 1000 Volt.
  • S1 bedrijf (continue gebruik) 

 

Uitzonderingen op de door de EU opgestelde regels zijn:

  • motoren ontwikkeld voor gebruik onder water.
  • motoren die geheel geïntegreerd zijn in een product zoals:
  • een reductiekast, pomp, ventilator of een compressor.
  • motoren ontwikkeld voor gebruik in de volgende omstandigheden:
  1. hoogtes hoger dan 1000 meter boven zee niveau.
  2. omgevingstemperaturen hoger dan 40 graden Celsius.
  3. maximale bedrijfstemperatuur boven de 400 graden Celsius.
  4. omgevingstemperaturen lager dan – 15 graden Celsius.
  5. in explosie gevaarlijke omgevingen.
  6. motoren met gemonteerde rem.

 

Tevens heeft de nieuwe normering geen betrekking op de volgende motor uitvoeringen:

  • 8 polige motoren (750 rpm).
  • 2 of meer toerige motoren. 
  • Synchroon motoren.
  • Motoren voor kortstondig / intermitterend bedrijf.  (S2 … S9).
  • Gebruik van motoren in combinatie met een frequentie omvormer.

 

Er ontstonden 4 nieuwe rendement niveaus voor de motor efficiency.

“International Efficiency”, afgekort  met “IE”.

  • IE1: inefficiënt rendement (o.a. oude elektromotoren).
  • IE2: standaard rendement.
  • IE3: hoog rendement.
  • IE4: premium rendement (gedeeltelijk nog in ontwikkeling).

 

Invoeren van IE-norm.

  • Vanaf 16 juni 2011 “Echte verplichting”. Alle geproduceerde draaistroom elektromotoren moeten ten minste voldoen aan IE2.
  • Vanaf 1 januari 2015 moeten alle geproduceerde draaistroom elektromotoren (7,5 – 375 kW) ten minste voldoen aan IE3.
    Motoren die aangestuurd worden met een frequentie omvormer moeten voldoen aan IE2.
  • Vanaf 1 januari 2017 moeten alle geproduceerde draaistroom elektromotoren (0,75 – 375 kW)  ten minste voldoen aan IE3.
    Motoren die aangestuurd worden met een frequentie omvormer moeten voldoen aan IE2.  

 

Opmerking:

De eindgebruiken heeft nog wel steeds de keuze om de oude motor te laten reviseren / wikkelen!

 

Veel fabrikanten garanderen bij IE3 een rendementstoename van minstens 3 tot 10 % (vergeleken met IE1). Maar met in het achterhoofd het Volks Wagen diesel-debacle moet dit percentage met enige scepsis aangenomen worden. Hogere rendementen zijn wel mogelijk met permanentmagneet motoren (IE4) en door frequentie omvormers toe te passen.

 

Lifecycle costs.

Gedurende de levensloop van een elektromotor worden de kosten hoofdzakelijk bepaald door de energie kosten. Deze liggen tussen de 95% en de 99 % van de totale kosten.

Het is daarom veel belangrijker om naar de efficiency van een elektromotor te kijken dan naar de aanschafprijs, deze is maar een heel klein percentage van de totale kosten:

aanschaf/investering 2,5 % , onderhoud 1,5 %.

lifecycle-costs